Zeer grote honden hebben speciale voedingsbehoeften. Er is alleen zoveel hondenvoer op de markt, dus waar moet je nou op letten? In dit adviesartikel lees je de benodigde voedingsstoffen voor puppy’s, volwassen- en senior honden van zeer grote rassen. Dus heb jij een Newfoundlander, Sint Bernard of misschien wel een Duitse Dog? En ben je benieuwd waar je op moet letten bij de voeding? Lees dan dit adviesartikel!
Een handig schema
Hieronder vind je een handig schema waarin precies staat welke soort voeding je wanneer kunt geven aan je zeer grote hond!
Puppyvoeding voor grote hondenrassen
Puppy’s van grote hondenrassen blijven niet lang klein. De lieve, schattige viervoeters veranderen namelijk al snel in grote beren. Om het snel groeiende skelet en de gewrichten van je opgroeiende puppy te beschermen, is het belangrijk om puppyvoeding te geven die past bij je hond. Zeer grote hondenrassen zijn pas rond de 2 jaar uitgegroeid. In de eerste groeifase van je pup is het belangrijk dat je hem of haar tot 8 maanden puppyvoeding geeft. Dit zorgt er namelijk voor dat je hond niets tekort komt en de juiste hoeveelheid vitaminen, mineralen en bouwstoffen binnenkrijgt om gezond op te groeien.
De belangrijkste eigenschappen
Puppy’s van zeer grote rassen hebben in deze kwetsbare periode bepaalde voedingsstoffen nodig om gezond groot te worden. Veel zeer grote hondenrassen hebben erfelijke gewrichtsaandoeningen, maar met goede en gezonde voeding is het risico op het ontwikkelen van een gewrichtsaandoening (niet-erfelijk) kleiner. De belangrijkste eigenschappen die bijdragen aan een gezonde groei zijn:
- Verlaagd energiegehalte: grote honden hebben, in vergelijking met de kleine rassen, minder energie nodig. Daarom is het energiegehalte in voedingen voor zeer grote honden iets verlaagd.
- Calcium en fosfor: de voedingsstoffen moeten bijdragen aan een de juiste balans tussen gewichtstoename en mineralisatie van het skelet. De juiste concentratie calcium en fosfor zijn hierbij belangrijk. Een teveel aan calcium kan namelijk leiden tot een slechte groei van botten en gewrichten.
- FOS & MOS: voeding bij zeer grote hondenrassen blijft twee keer zo lang in het maag-darmkanaal als bij kleine honden. Hoe langer voedsel in de dikke darm blijft, hoe meer vertering er plaats vindt. Dit kan leiden tot diarree. FOS en MOS helpen dit te voorkomen.
- Chondroïtine en glucosamine: dragen bij aan een gezonde groei van de gewrichten.
- L-carnitine: deze stof draagt bij aan het omzetten van vetten in energie. Hierdoor hoeven eiwitten uit de voeding hier minder voor worden gebruikt, dus zullen deze de opbouw van de spieren bevorderen.
- Antioxidanten: deze voedingsstoffen zorgen ervoor dat de natuurlijke afweer van de hond wordt vergroot.
- Brokgrootte: de kans op verteringsproblemen kan worden verkleind door de grootte van de brok en de structuur aan te passen. Op een grotere brok moet een hond langer kauwen en je hond zal dus langzamer eten.
Juniorvoeding voor grote hondenrassen
Zeer grote hondenrassen groeien veel langzamer dan kleine viervoeters. Omdat deze groei zo gestaag gaat, is een tussenvoeding (juniorvoeding) voor zeer grote hondenrassen verstandig om te geven. In deze fase van de groei hebben deze honden namelijk weer andere voedingsstoffen nodig dan de jongere pups. De juniorvoeding kan gegeven worden vanaf de groeispurt van je hond totdat hij of zij volwassen is. Dit wordt bij grote hondenrassen ook wel de tweede groeifase genoemd en is dus vanaf ongeveer 8 maanden tot 2 jaar. In ons adviesartikel over de groeicurve van honden lees je meer over de groeifases van je jonge hond.
Verschil juniorvoeding en puppyvoeding
Over het algemeen krijgen zeer grote honden tussen de 8 en 14 maanden een groeispurt. Om groeipijn en andere ongemakken bij je hond te voorkomen is het belangrijk om deze periode te overbruggen door middel van een juniorvoeding. Daarom bevatten de meeste juniorvoedingen minder eiwitten dan puppyvoeding. Wanneer je namelijk te lang teveel eiwitten voert, kan dit leiden tot gewrichtsproblemen. Andere verschillen tussen junior- en puppyvoeding zijn:
- Glucosamine en chondroïtine: deze voedingsstoffen zitten ook in puppyvoer, maar de hoeveelheid is in juniorvoeding vaak hoger. Dit vanwege het feit dat je jonge hond in deze fase de meeste groei doormaakt en de gewrichten dus meer ondersteund moeten worden.
- Grootte van de brok: het formaat van de brokken is bij juniorvoeding een stukje groter dan puppybrokken. Hierdoor zal je hond zijn eten beter kauwen wat bevorderlijk is voor het verteringsproces én de kans op een maagtorsie verminderd.
- Calcium en fosfor: de juiste verhouding calcium en fosfor zijn tijdens de groeispurt van je hond nog steeds super belangrijk. De verhouding hiervan moet nauwkeurig worden aangepast aan het energiegehalte in de voeding.
Volwassenvoeding voor grote hondenrassen
Vanaf ongeveer 2 jaar is je trouwe vriend een volwassen hond geworden. Vanaf nu mag hij of zij volwassenvoeding eten. Let er wel op dat je geleidelijk overstapt op ander voer, want anders kan je hond last krijgen van maag- of darmproblemen. Volwassenvoeding voor zeer grote hondenrassen bevat vaak net weer andere stoffen dan puppy- of juniorenvoedingen voor honden. Hieronder lees je de belangrijkste voedingsstoffen en wat de functie hiervan is!
Belangrijke voedingsstoffen
Zeer grote honden hebben vaak een diepe borstkas en een hoger lichaamsgewicht. Deze kenmerken zorgen soms voor vervelende aandoeningen bij je hond, zoals artrose of een maagkanteling (maagtorsie). De juiste voedingsstoffen kunnen de kans hierop verminderen óf je hond hierin ondersteunen. Voedingen voor zeer grote honden hebben dan ook vaak de volgende eigenschappen:
- Grotere brok: doordat zeer grote hondenrassen een diepe borstkas hebben, heeft de maag meer ruimte om te bewegen. Hierdoor is de kans op een maagtorsie bij een (zeer) grote hond groter dan bij de kleinere rassen. Een grotere brok zorgt ervoor dat de hond meer moet kauwen en de brokken dus beter verteerd worden. Een goed verteerbare voeding verkleint het risico op een maagtorsie.
- Chondroïtine en glucosamine: onze grote vrienden wegen natuurlijk vele malen meer dan, bijvoorbeeld, een kleine teckel. In de loop van de jaren kan dit ervoor zorgen dat het kraakbeen van je hond beschadigd. Chondroïtine en glucosamine dragen bij aan het behoud van gezond kraakbeen.
- Gematigd energiegehalte: draagt bij aan een gezond gewicht. Om de gewrichten van je hond gezond te houden is het van belang dat de hond op een gezond gewicht blijft.
- Aangepast vetgehalte: draagt bij aan het behoud van een gezond gewicht.
Seniorvoeding voor grote hondenrassen
Helaas blijven puppy’s niet altijd jong. Zeer grote hondenrassen verouderen ook sneller dan kleintjes. Vanaf 6 jaar is je zeer grote viervoeter dan ook een senior te noemen. Op deze leeftijd mag je overstappen naar seniorenvoer. Dit kan helpen om het verouderingsproces van je grijze snuitje minder snel te laten verlopen. De belangrijkste kenmerken van deze voeding lees je hieronder!
Kenmerken van voeding voor oude honden
Vaak bevatten deze voedingen voor oude honden een verlaagd fosfaatgehalte om de nierfunctie te ondersteunen en eiwitten die bijdragen aan behoud van spiermassa. Andere belangrijke voedingsstoffen van seniorenvoeding zijn:
- FOS & MOS: de spijsvertering van oude honden is vaak niet zo optimaal meer. Deze voedingsstoffen dragen bij aan een evenwichtige darmflora en ondersteunen dus de spijsvertering.
- Extra antioxidanten: deze beschermen het lichaam van je hond tegen schadelijke stoffen in cellen en weefsels (vrije radicalen). Bij oudere honden zijn deze stoffen meestal vaker aanwezig.
- Chondroïtine en glucosamine: draagt bij aan het behoud van gezonde gewrichten. Bij oudere honden komt artrose vaker voor. Deze voedingsstoffen kunnen je hond hierbij ondersteunen.
- Taurine: ondersteunt de hartfunctie en is een goede antioxidant.
- Phosphatidylserine: deze stof is een onderdeel van de hersenmembraan. Als de hersencellen van je hond genoeg van deze stof bevatten, kunnen ze signalen beter verzenden, ontvangen en verwerken.
- L-tryptofaan: oudere honden hebben soms een verminderde eetlust. Deze voedingsstof kan ervoor zorgen dat je hond meer zin heeft in zijn of haar voer.